Als je het nu over smartphones hebt, dan komen de iPhone en een merk als Samsung als belangrijkste spelers in je op. Maar in de begintijd van de mobiele telefonie was dat heel anders. Eén merk maakte de dienst uit: Nokia. Waar ging het mis?
Nokia’s geschiedenis begint niet in een laboratorium of een technologiecentrum, maar in de Finse bossen. In 1865 richtte ingenieur Fredrik Idestam een houtpulpfabriek op nabij de Nokiarivier in Finland. Wat volgde was een lange reis door uiteenlopende industrieën: van papierproductie tot rubber, van kabels tot elektriciteit. Pas in de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw begon het concern zich te bewegen richting elektronica en telecommunicatie, onder de naam Nokia Corporation. In deze periode ontwikkelde het bedrijf militaire communicatieapparatuur, televisies en computerrandapparatuur.
De echte ommezwaai kwam in de jaren ’80. Nokia begon zich te richten op mobiele communicatie en ontwikkelde in samenwerking met de Scandinavische telecomsector de eerste mobiele netwerken. In 1987 bracht Nokia de Mobira Cityman 900 op de markt, een draagbare telefoon voor het Nordic Mobile Telephone (NMT)-netwerk. Met een gewicht van 800 gram was het toestel nauwelijks ‘mobiel’ te noemen, maar het betekende wel de eerste stap richting de toekomst.
De gloriejaren: Nokia’s heerschappij op de mobiele markt
De doorbraak kwam in de jaren '90, toen Europa overstapte naar het digitale gsm-netwerk. Nokia had zich al vroeg gepositioneerd als specialist in mobiele netwerktechnologie en toestellen. In 1992 bracht het de Nokia 1011 uit: de eerste commercieel verkrijgbare gsm-telefoon. Dit was het begin van een ongekende groei. Nokia slaagde erin om mobiele telefonie niet alleen technisch geavanceerd, maar ook gebruiksvriendelijk te maken.
Nokia’s aanpak was eenvoudig maar briljant: robuuste toestellen, intuïtieve menu’s, een lange batterijduur en opvallende eenvoud in design. Daarbij kwam een herkenbare marketingstijl, gericht op kwaliteit en bereikbaarheid voor de gewone consument.
De absolute ster in deze periode was de Nokia 3310, uitgebracht in 2000. Wereldwijd gingen er meer dan 125 miljoen exemplaren over de toonbank. Het toestel werd beroemd vanwege zijn onverwoestbaarheid, verwisselbare covers, en het spelletje Snake II, dat uitgroeide tot een cultfenomeen. Andere iconische modellen uit deze bloeiperiode waren de Nokia 5110, de 3210, de zakelijke Nokia 6210 en 6310(i) en later de Nokia 6600: een van de eerste telefoons met een kleurenbeeldscherm en camerafunctie.
De rest van dit artikel is alleen beschikbaar voor HCC-leden. Ben je HCC-lid? Om het gehele artikel te lezen dien je ingelogd te zijn. Nog geen HCC-lid? Word nu lid en kies je welkomstgeschenk!
Over de auteur
Marco Mekenkamp is eindredacteur van PC-Active. Dit 108 pagina's tellende magazine verschijnt elke twee maanden en is te koop in de winkel. Leden van HCC krijgen PC-Active zes keer per jaar thuisgestuurd als onderdeel van het HCC-lidmaatschap.